Onbeperkte groei in het eindige systeem aarde is onmogelijk, daar moeten we vanaf. Gelukkig is alles op aarde volledig herwinbaar, behalve energie. En die is door de zon onbeperkt aanwezig. Het probleem is daarmee fundamenteel oplosbaar.
“Mijn eeuw, de twintigste, was een eeuw van de ernstigste oorlogen in de geschiedenis en wij hadden de taak om daar wat aan te doen. Dat hebben we tamelijk goed gedaan. Het aantal oorlogen is na 1945 beperkt gebleven.
We hebben ook iets geleerd van het einde van het laatste economische tijdperk, dat in 1929 instortte. Dat systeem was niet meer houdbaar.
In de jaren dertig kwamen er daarom andere voorwaarden voor banken en kwam er een andere, Keynesiaanse economie. Dat heeft ons zestig jaren van ongekende welvaartsgroei opgeleverd.
Als gevolg van het neoliberalisme (‘de markt kan alles beter’) ligt er echter steeds minder beslissingsmacht bij overheden. Als liberaal vind ik dat een gevaarlijke ontwikkeling.
De huidige groei-economie heeft haar houdbaarheidsdatum bereikt. Onbeperkte groei in een eindig systeem is onmogelijk. Het loslaten van de voorwaarden aan de banken heeft geleid tot een nieuwe financiële crisis. Het kan zo niet meer, het huidige financiële systeem is ridicuul.
Studies van het Internationaal Energie Agentschap, maar ook van anderen laten zien dat een omschakeling naar een economie met minder CO2 de eerste twintig jaar lastig is omdat de return on investment dan laag is. Maar de tweede twintig jaar gaan heel goed omdat de energie dan gratis is en de investeringen gedaan zijn. Over de hele periode van 40 jaar genomen is het zelfs beter voor de economie. Maar wij willen die eerste twintig jaar met investeringen niet.
We moeten ons realiseren dat het dus goed kan. Als we die kans niet grijpen, krijgen we het scenario zoals Nicolas Stern van de Wereldbank dat beschrijft: de schade die dan ontstaat, brengt enorme kosten met zich mee.
Als je die twee scenario’s vergelijkt, is het evident wat er moet gebeuren: vermijd die kosten.
Er zal echt iets moeten gebeuren. Anders wordt het doffe ellende voor degenen die ons het dierbaarst zijn, namelijk onze kinderen.”
Weinigen hebben een visie over duurzaamheid ontwikkeld vanuit zo’n brede achtergrond als Jan Terlouw (1931). Hij studeerde wis- en natuurkunde en promoveerde op onderzoek naar kernfusie. Na jaren van onderzoek werd hij politicus en schrijver. Hij was in de Tweede Kamer fractievoorzitter voor D’66. Hij was minister van Economische Zaken en vice-premier in het tweede en derde kabinet Van Agt. Later werd hij Commissaris voor de Koningin in Gelderland en senator in de Eerste Kamer. In zijn jeugdboeken, zoals Koning van Katoren, stelt hij vaak eigentijdse problemen aan de orde.
Deel deze pagina: